Skip to main content

Hoe ook het recht op demonstreren verdween

Geschreven door Blogdoc

De avondklok is enkele avonden oud. Het is een dramatische maatregel met een grote lading. De WHO gaf al aan dat een lockdown geen zinvolle maatregel was en een verzwaarde bijna totale lockdown in de rustigste uren is dat natuurlijk al helemaal niet. 

Inmiddels breken overal in het land protesten uit tegen deze maatregel. Wat in het nieuws komt zijn vooral berichten van plunderingen, geweld en brandstichting. Gebouwen, auto’s en winkels worden vernield, acties die natuurlijk  alleen maar kunnen worden afgekeurd.  Wat in het nieuws echter nagenoeg ontbreekt is duiding en perspectief. Wie plegen het geweld? En wie komen er alleen om gebruik te maken van hun recht op demonstratie? Zijn die groepen over een kam te scheren? Wat is hun verhaal en hun context? Welke framing vindt hier plaats, welke rol hebben de media en wat is de psychologie van de berichtgeving? Dit alles lijkt eenvoudiger dan het is. 

De demonstranten, waarvan de grote meerderheid vreedzaam is en niets van rellen moet hebben, vertegenwoordigen alle leeftijdscategorieën: van bejaarden en ouders met kinderen tot jongeren.  Dat mensen en vooral jongeren protesteren is logisch en invoelbaar. Velen van hen worden in de kern van hun wezen geraakt. Zij vormen niet alleen de toekomst van onze maatschappij, maar zijn ook degenen die keer op keer hobbels op de weg naar hun eigen toekomst te verwerken krijgen. Hoge studieschulden door een systeem waarvan zelfs de initiatiefnemers inmiddels toegeven dat het gefaald heeft, vormen een grote financiële en mentale belasting voor velen, die vaak ook nog eens hun vaak bijbaan, vaak een kleine maar belangrijke inkomstenbron, verloren. Het kopen van een woning ligt voor de meesten van de jongeren al langer buiten bereik. De staatsschuld die enorm oploopt door de ongebreidelde steun zal voor het grootste deel op hun schouders terecht komen. Jonge ondernemers zien hun toekomstplannen aan gruzelementen gaan. Sociale interactie, bij jongeren een vitaal onderdeel van het leven, een absolute voorwaarde voor hun welzijn en cruciaal in hun ontwikkeling, is nagenoeg onmogelijk geworden. Jeugd en jongeren behoren tot de grootste slachtoffers van deze crisis. Politiek en media gaan volstrekt voorbij aan de onderliggende dynamiek van frustratie, onmacht, verwaarlozing en perspectiefloosheid. Dat juist jongeren zich tot het uiterste gepest en getergd voelen mag dan ook beslist geen verbazing wekken –  het feit dat de meesten van hen toch nog vreedzaam protesteren en hun zelfbeheersing behouden getuigt daarentegen van een behoorlijke portie zelfbeheersing. Wie vreedzaam demonstreert, verdient ons aller respect.

Maar de rellen dan en het geweld? Helaas trekken dit soort demonstraties ook altijd foute lieden aan die een heel andere agenda hebben en alleen maar uit zijn op confrontaties. En helaas zijn het juist die mensen die de aandacht krijgen in de media, want met het verslaan van geweld verkoop je nu eenmaal meer kranten dan met genuanceerder berichtgeving over mensen die een vreedzaam protest laten horen. En hier ontstaat een vicieuze cirkel. Door het geweld zo’n groot podium te bieden, worden de oproerkraaiers op hun wenken bediend, en wel door diezelfde media. Wat is er voor hen nu mooier dan de voorpagina’s van de kranten te halen en prominent in het nieuws te komen met geweld en brandstichting? Voor relschopppers is media-aandacht een directe beloning voor hun ongewenst gedrag en een aanmoediging om door te gaan. Dit leidt tot een zichzelf versterkend proces, naast een totaal verkeerde framing van de grote groep integere demonstranten. Een groot deel van het publiek doorziet niet hoe zij om de tuin geleid wordt en tuint daarentegen massaal in deze manipulatie van de beeldvorming.

Het zijn beproefde psychologische trucs: belicht vooral de plunderaars, laat de vreedzame meerderheid van de oprecht bezorgde mensen naar de achtergrond verdwijnen en hop! – heel Nederland gaat los op iedereen die het nog waagt om te protesteren tegen de zinloze vrijheidsbeperking van de avondklok. En zo wordt iedereen die vanuit oprechte bezorgdheid demonstreert tegen een totaal onnodige maatregel over een kam geschoren met de relschoppers. Het is een psychologische verdwijntruc die opvallend veel gelijkenis vertoont met het corona-debat: wie het waagt om kritische vragen te stellen wordt zonder veel discussie onmiddellijk  ingedeeld in het complot kamp. Helaas zijn er nog te weinig mensen die inzien dat zij op zich deze manier laten gebruiken volgens het aloude verdeel-en-heers principe waarmee ook de oude Romeinen hele volkeren onderworpen hielden. 

Het journaille zou er ten eerste goed aan doen om hier eens heel kritisch  naar zichzelf en haar escalerende rol te kijken, een eigenschap die het laatste jaar nagenoeg teloor gegaan is. Het veelgehoorde argument dat de journalist slechts moet registreren en niet oordelen, is werkelijk een gotspe. Hiermee reduceert de verslaggever zichzelf  tot een domme doorgever van wat er gebeurt zonder zich enige rekenschap te geven van zijn of haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Maar het is de keuze van de journalist en de redactie hoe men het perspectief schetst. Wie met dit soort zelfreducerende argumenten wegloopt van deze verantwoordelijkheid is moet zich diep schamen en kan als journalist eenvoudigweg niet  serieus genomen worden. 

Ten tweede is mij vanuit kringen binnen de politie bekend dat er ook binnen het politiekorps verschil van mening bestaat over de rol die de politie hier speelt. De politie heeft als taak om op te treden tegen geweld en wetsovertredingen, maar ook het beschermen van mensen die gebruik maken van hun recht op demonstratie behoort tot haar verantwoordelijkheid. Men zou zich veel duidelijker, ook naar buiten toe, rekenschap moeten geven van het  onderscheid tussen deze twee groepen, de vreedzame demonstranten aan de ene kant en de relschoppers aan de andere kant. Men zou afstand moeten nemen van de framing waarin groepen die geheel niets met elkaar te maken hebben domweg in hetzelfde hokje gestopt worden.  In het maatschappelijke debat zijn er slechts enkele journalisten, wetenschappers, artsen en politici die de guts hebben om op te komen tegen de onrechtmatigheden die thans over de Nederlandse bevolking worden uitgestrooid. Kritische politiefunctionarissen worden hierbij nog nauwelijks gehoord. Maar ook daar zijn velen het niet eens met wat er thans gebeurt, die in gewetensproblemen komen omdat zij geweldloze betogers, ouders met kinderen en mensen op leeftijd, sommigen met bloemen in de hand, met knuppels en waterkannonen te lijf moeten. Ook -of liever: juist- binnen de politieorganisatie moeten er mensen zijn met het lef om tegen de gangbare mening in naar buiten te treden. Zeker, het zal hen lastig gemaakt worden zoals dat heden ten dage gebeurt met eenieder die het  waagt om kritisch te zijn. Maar we hebben nu wel behoefte aan helden die opkomen voor rechtvaardigheid, die niet toestaan dat vrijheid en democratie worden opgeofferd in een kunstmatig gecreëerde collectieve angst en die weigeren om vreedzaamheid met geweld uiteen te slaan. Meer dan ooit hebben we behoefte aan mensen die opkomen voor een wereld waarin wij maar meer nog: onze kinderen in vrijheid en onderling respect kunnen leven. Mensen die niet later willen zeggen dat ze het allemaal niet geweten hadden. Eens, maar nooit weer. 

Blogdo©

Comments (2)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

27
jan, 2021
Jan Vingerhoets

Populair

Meld je aan om niets te missen

Mijn blogs verschijnen voorlopig nog op Linked in maar worden steeds sneller verwijderd. Wil je op de hoogte blijven als er nieuwe blogs verschijnen en ze hier teruglezen? Meld je dan aan en ik zorg dat je een bericht krijgt.